Jim van Os is een herstelgerichte psychiater, hoogleraar psychiatrische epidemiologie en Voorzitter Divisie Hersenen, UMC Utrecht. Hij werkt op het raakvlak van ‘harde’ breinwetenschap, gezondheidszorgonderzoek, kunst en subjectieve ervaringen van mensen met ‘lived experience’ in de GGZ. Jim is ook familielid van mensen met psychosegevoeligheid.
Beste Jim,
Vandaag verschijnt dit artikel in Trouw: www.trouw.nl/home/-adhd-is-gewoon-een-hersenziekte-~ab143017/
Daarin staat vermeld dat de psychische stoornissen gepaard gaan met niet-gemiddelde hersenvolumes wat de oorzaak zou zijn van de stoornis.
Klopt het dat alle mensen die een psychose krijgen niet-gemiddelde hersenvolumes hebben én dat die volumes relevant zijn in het kader van een psychose (of andere stoornis)?
Beste anoniem,
Er zijn waarschijnlijk subtiele verschillen in hersenvolume tussen mensen met een bepaalde ernst van psychopathologie zoals bijvoorbeeld ernstige psychose. Maar wat het betekent en of het relevant is, is tot heden niet aangetoond.
Het is belangrijk om te beseffen dat de hersenvolumes van mensen met psychische stoornissen in de normale range zijn!
Dat ze soms iets kleiner zijn dan controles in studies kan te maken hebben met de psychosegevoeligheid zelf, maar ook met de vroege omstandigheden die hebben bijgedragen aan psychose (bv trauma). Ook de selectie van de controles in dit soort studies is belangrijk, alsmede de voedingsstatus van mensen en de vochtbalans.
Er zijn geen duidelijke verbanden tussen het hersenvolume en het beloop of de respons op behandeling.
Kortom: de hersenscanners zijn tegenwoordig heel gevoelig, zo gevoelig dat ze allerlei subtiele effecten oppikken waarvan niet duidelijk is waar ze vandaan komen en of ze relevant zijn. Ik zou er niet wakker van liggen.
