Antwoord
Dag D.,
Dank voor je vraag. Wat een erge dingen heb jij meegemaakt zeg! Vreselijk.
Ik ga proberen je een antwoord te geven, maar onthoud dit: ik ken jou en je verhaal niet, dus misschien is wat ik zeg wel niet voor jou van toepassing. Doe vooral wat goed voelt voor jou. Alleen jij kent jezelf het beste.
Ik deel hieronder een aantal dingen die ik ook met de mensen deel die bij me op de afbouwpoli komen.
Eerst de gouden regels:
1. Afbouwen betekent minderen, misschien kun je naar 0, misschien ook niet. We streven naar zo min mogelijk, maar wel zo veel als nodig is.
2. Bouw één middel tegelijkertijd af.
3. Stop nooit in één keer en sla geen dagen over.
4. Langzaam, langzaam, langzaam… Hoe langzamer het gaat, hoe meer tijd je brein krijgt om aan de nieuwe situatie te wennen. Daarmee voorkom je ontwenningsverschijnselen en een terugval.
5. Bouw als een glijbaan af: in het begin kun je snel, maar naarmate je verder komt ga je langzamer en neem je kleinere stapjes.
6. Houd de ‘zelfmonitoringslijst’ bij die je van ons meekrijgt; noteer wat je voelt bij het afbouwen en neem je aantekeningen mee naar je eerstvolgende afspraak met de psychiater of verpleegkundig specialist.
7. Heb je klachten? Als de klachten snel op afbouw volgen dan zijn dat heel waarschijnlijk ontwenningsverschijnselen, geen terugval. Raak niet in paniek, de klachten verdwijnen meestal binnen een paar dagen, soms duurt het een week. Meestal komen ontwenningsverschijnselen voor omdat je toch iets te snel afbouwt. Vertrouw je het niet, neem dan contact op met je behandelaar. Eventueel ga je dan weer een klein stapje omhoog, om daarna langzamer en met kleinere stapjes af te bouwen.
8. Gebruik je signaleringsplan om te kijken hoe je kunt omgaan met klachten. Slaap is erg belangrijk. Slaap je een nacht niet, neem dan de volgende dag eventueel eenmalig een slaappil in, of doe ontspanningsoefeningen. Overleg eventueel met je behandelaar wat je nu het beste kunt doen en noteer dit in je signaleringsplan.
9. Betrek je naasten! Afbouwen kan heel spannend zijn, daar kun je wel wat hulp bij gebruiken. In ieder geval een iemand die jou goed kent en je kan ondersteunen: je afbouwmaatje.
10. De allerlaatste milligrammen zijn het spannendst. Juist dan kun je de meeste klachten verwachten. Je kunt overwegen om voor dat allerlaatste stukje een taperingstrip te bestellen (een medicatierol met aflopende hoeveelheden medicijnen). Vraag ernaar bij je behandelaar.
11. Zorg goed voor jezelf. Lukt het nu niet, dan lukt het nu niet. Een volgende keer weer beter.
Je schrijft dat je met taperingstrips wilt afbouwen. Kijk goed welke zorgverzekeraar die vergoedt (DSW bijvoorbeeld), nu is de beste tijd om van zorgverzekeraar over te stappen als dat nodig is.
Welk middel als eerste? Jij kiest! Mijn advies is om lorazepam/oxazepam als laatste te doen omdat die heel moeilijk zijn om af te bouwen en omdat ze ontwenningsverschijnselen dempen.
Het is best ingewikkeld, niet alle behandelaren weten hoe af te bouwen. Je kunt overwegen om je aan te melden op de afbouwpoli van GGZ Noord Holland Noord (verwijsbrief via de huisarts), maar let op: we nemen geen behandeling over. We geven advies, je bouwt vervolgens met je eigen behandelaar af.
Hoop dat dit je verder helpt!
Met een vriendelijke groet,
Remke
Deze vraag is gesteld door een vrouw in de leeftijdscategorie 50-65
Beantwoord door: Remke van Staveren op 27 december 2022