Prof. dr. Ralph Kupka is hoogleraar Bipolaire Stoornissen, verbonden aan het Amsterdam UMC, locatie VU Medisch Centrum, en psychiater bij GGZinGeest (Amsterdam) en Altrecht (Utrecht). Hij is Vice-President of Education van de International Society for Bipolar Disorders (ISBD) en daarnaast bestuurslid van de Alliantie Kwaliteit GGZ (Akwa).”
Beste Psychiater Ralph,
Graag wil ik onderstaande informatie met u delen.
Hoe gaan de hulpverleners om met met cliënten waaronder ik, die moeite hebben met intimiteitsproblemen en geaardsheidsproblemen?
Vraag over medicatiewijziging: mijn medicatie ORAP pimozide is van 2 mg naar 3 mg verhoogd zal ik hier verschil van merken?
Met vriendelijke groet,
K.
Beste K, dat zijn wel twee heel verschillende vragen.
Intimiteit en seksuele geaardheid zijn geen gemakkelijke thema’s die je even tussendoor bespreekt, ook niet binnen de hulpverlening. Het vergt een vertrouwde behandelrelatie en een rustige gesprekssituatie. Hulpverleners wachten meestal op een signaal van de persoon in kwestie dat het een belangrijk thema is, en zullen dan een opening bieden om hierover te praten. Als het goed is blijft het dan niet bij 1 gesprek, maar kan er later op worden teruggekomen. Je mag er van uitgaan dat deze onderwerpen met tact en respect worden behandeld.
Wat betreft het verhogen van pimozide (merknaam Orap) van 2 naar 3 mg, daat zou het effect moeten hebben dat psychotische verschijnselen of angsten minder intens worden. De dosis die het beste werkt kan van persoon tot persoon verschillen. Kwestie van zorgvuldig uitproberen. Meestal weet je binnen een week wel of het positief uitwerkt.
Vriendelijke groet, Ralph Kupka
