Lotje vertelt hoe haar psychose lang geleden heeft geleid tot andere klachten nu. “Mijn moeder zegt al jaren: de mens lijdt het meest van het lijden dat hij vreest. Dit komt bij mij door het trauma van de psychose”.
Dikwijls word ik enthousiast van iets. Zo ben ik. Ik ben snel ergens voor te porren. En mensen weten mij ook te vinden, want ik sta wel open voor een creatief ideetje. Maar toch moet ik dan vaak nee zeggen. Dan wil ik het wel, naar die stad om nieuwe mensen te ontmoeten, in dat gebouw waar ik nog nooit ben geweest, maar dan doe ik het toch maar niet.
Vroeger vertrok ik regelmatig op de bonnefooi
Naar het buitenland, op reis, naar andere steden en stortte ik me in allerlei avonturen met onbekenden. Tegenwoordig gebeurt er vanalles met me als ik toch zoiets wil doen.
Allereerst ga ik het helemaal overdenken van te voren, waardoor ik lichtelijk in paniek raak voordat ik er uberhaupt aan ben begonnen. Ik zie beren op de weg. Wat als ik bang wordt voor hallucinaties in de tram? Dus niet eens: wat als ik hallucinaties krijg? Ik heb al 15 jaar geen hallucinaties meer! Maar wat als ik in paniek raak doordat ik bang word dat ik hallucinaties krijg! Wat als ik overprikkeld raak in een situatie? Het antwoord is: dan voel ik me niet fijn. Maar ik kom daar over het algemeen prima uit. Vaak is ‘gewoon toch doen’ dan ook het beste advies. Maar daar gaat dus vanalles aan vooraf.
Angst voor hallucinaties krijg ik bij overprikkeling
Dan gebeurt er teveel en kan ik het gewoon niet verwerken. Misschien is dat het dopamine -sensitiviteitssyndroom omdat ik al 20 jaar antipsychotica slik. Vroeger had ik dit minder, maar het is ook toegenomen sinds ik kinderen heb. Ik kan het me niet meer veroorloven om te ontregelen. Ik moet elke dag een zekere mate van stabiliteit handhaven, om de kinderen op te vangen uit school, boodschappen te doen en het huishouden draaiende te houden. Je hebt een functie en een verantwoordelijkheid als je met andere mensen samenleeft.
Daarnaast voel ik stress in mijn lichaam als ik zo’n dingen plan
Van te voren vooral, niet op de dag zelf, dan gaat het meestal prima. Dit noem ik de angst voor de angst. Mijn moeder zegt al jaren: de mens lijdt het meest van het lijden dat hij vreest. Dit komt bij mij door het trauma van de psychose. Dat klinkt misschien dubbelop, maar ik ben echt bang voor wat mijn hoofd kan doen met mij. Voor hallucinaties die ik heb gehad. Angst voor de angst is zinloos, maar die wetenschap lost het probleem niet op. Meestal helpt het beter om te kiezen voor een rustig en regelmatig leven waarin ik mijn angsten vermijd, dezelfde dingen doe, dezelfde mensen zie.
Maar soms moet ik toch er uit en even mijn grens over
Omdat anders mijn wereld te klein wordt. Dus dan ga ik toch naar het museum in de stad en hoop ik maar dat het niet druk is, spreek ik toch af met een kennis waar ik de weg niet ken en hoop ik maar op geen omleidingen of intrusies onderweg, of ga ik toch naar het theater en hoop ik maar dat het niet te surreëel voor me is. Mijn stresstolerantie is laag. Ik denk dat dat ook komt door het trauma van de psychose. Vooral drukke situaties met veel mensen vind ik moeilijk, dan ben ik al snel aan het scannen op anomalieën wat heel vermoeiend is. Ik heb dus een zekere mate van vermijdingsgedrag waar ik goed bij gedij.
Wat ik daarvan heb geleerd: dat je keuzes maakt die voor jou goed zijn, ook als je eigenlijk anders zou willen. Ik vind mezelf niet ziek hierdoor, dit zijn dingen die horen erbij.
Geef een antwoord