Wat gebeurt er als je belandt in een intens traject van herstel, zelfonderzoek en verandering? Anne schrijft hierover. Ze beschrijft haar ervaring met hoe een vol hoofd uiteindelijk uitmondde in een stresspsychose. Wat begon als een moeilijke periode, groeide uit tot een zoektocht naar balans, inzicht en eigen regie. Haar verhaal laat zien hoe persoonlijke groei kan leiden tot moedige keuzes en hoe herstel zelden een rechte lijn volgt.
Een nieuw begin
Er zijn periodes in je leven waarop alles tegelijk lijkt te vallen. Dingen die je normaal misschien aankan, stapelen zich ineens op als een muur waar je niet meer overheen komt. Voor mij was dat afgelopen winter. De dag dat ik opgenomen werd, voelde als het eindpunt, maar was juist voor mij een nieuw begin.
Ik was altijd al een druk kind. Hyper, impulsief, chaotisch. In mijn hoofd liep alles door elkaar heen. Op m’n zestiende kreeg ik de diagnose PTSS. Ik wist toen al dat ik anders was dan mijn klasgenoten, maar wat stress écht met een mens doet, daar had ik geen idee van. Therapie volgde, gesprekken ook. Maar intussen bleef ik doorgaan, rennend door het leven zonder pauzeknop.
Op mijn twintigste werd ADHD vastgesteld. Gek genoeg voelde dat als een opluchting. Eindelijk een verklaring. Eindelijk niet meer ‘gewoon lastig’, maar begrepen. Alleen: de onrust bleef. In mijn lijf. In mijn hoofd. Alles tegelijk willen doen, overal op reageren. Ik was labiel, emotioneel, onzeker. En toen kwam de winter van 2024/2025, waarin in realiteit en illusies elkaar kruisten.
Alles tegelijk
Stress zat al in mijn systeem en persoonlijk had ik een pittig jaar achter de rug. Met zowel een break-up, een verhuizing als het afstuderen zorgde voor veel emoties die ik niet goed kon verwerken. Ik voelde dat ik aan het balanceren was op de rand van een klif, maar dacht dat het allemaal nog net ging. Totdat ik na al deze ingrijpende momenten ook nog te horen had gekregen dat mijn tante uit het leven was gestapt.
Het was het ene na het andere verlies. Ik probeerde sterk te blijven, er voor mijn familie te zijn en mijn naasten te steunen. Maar deze gebeurtenis raakte mij ook op een dieper vlak, aangezien ik al langere tijd worstelde met depressieve klachten. Dagen verstreken en ik verloor mezelf steeds een stukje meer. Ik at nauwelijks nog, sliep amper en sporten lukte niet meer. Tot ik instortte met een heftige migraine-aanval, waardoor ik zeven dagen lang in het donker moest liggen. Ik dacht serieus dat ik dood zou gaan.
De start van mijn psychose
Mijn vader bracht me kort hierna naar een natuurhuisje, in de hoop dat de rust mij goed zou doen. De groene vlaktes en de paarden die de kalmte konden bewaken. Misschien zou ik daar weer landen, dacht ik. Maar juist daar begon de psychose. Heel subtiel. Ik werd alleen gelaten in het huisje, waar ik ook niet op mijn telefoon zat en vooral hoopte dat ik even de rust terug kon vinden.
Ik weet nog goed dat ik een realiteit voor mezelf had gecreëerd waarin ik overtuigd was dat de natuur superkrachten kon geven, waardoor ik in de vroege ochtenduren in de kou in mijn ondergoed ging staan, dacht dat ik superkrachten kreeg als ik in de kou stond, met blote voeten in het gras. Alsof de natuur me energie gaf, alsof ik een hoger doel had. Dat klinkt bijzonder, bijna spiritueel — maar het werd snel duister.
Ik creëerde demonen voor mezelf
Kort na het bezoek bij het natuurhuisje, werd duidelijk dat het niet goed ging. Ik verloor controle over mezelf, mijn lichaam en de realiteit. Mijn moeder bracht samen met mij een bezoek bij de dokter, die kalmerende pillen voorschreef. We vervolgde onze weg terug naar het huis van mijn ouders. Thuis aangekomen ging het mis. Ik voelde me nooit echt thuis in het huis van mijn ouders. Wellicht dat die gevoelens meespeelde, want ik creëerde letterlijk demonen voor mezelf.
Ik zag donkere schimmen vliegen door mijn kamer en hoorde donkere stemmen die mij kwamen halen. De stemmen klonken fluisterend, dreigend. Alles in mij zei: ga weg, je moet weg. Vlucht. En ik geloofde het. De demonen, de superkrachten, de stemmen. Dat is het verraderlijke aan een psychose: het voelt écht. Je hoofd bouwt een wereld, en je gelooft het volledig. Ik sliep al dagen niet. Ik dacht opnieuw dat ik dood zou gaan en rende s nachts de straat op, in de hoop een antwoord te kunnen vinden.
Alles ging wel erg snel
Kort hierna belde mijn ouders de crisisdienst en ik werd opgenomen in het ziekenhuis. Alles ging snel. Te snel. Niemand vertelde mij waar ik was, wat ik doormaakte of onderging. Ik kreeg geforceerd kalmerende medicatie en werd in een isolatiecel geplaatst. Er waren geen ramen. Alleen kale, witte muren. Een dun matrasje op de grond en ijzeren deuren. Ik droeg een blauwe, plastic jurk die nauwelijks als kleding voelde. Mijn hoofd tolde en ik probeerde kalm te blijven, ook al kookte ik van woede. Mijn lichaam voelde alsof het niet van mij was. Er stonden drie waterflesjes in de hoek waar ik van kon drinken. Dat was alles. Er was geen tijd. Geen dag. Geen nacht. Alleen ik en de waan.
Engelen beschermden mij
Op een vreemde manier was ik op dat moment niet bang. Ik geloofde dat er engelen waren die mij beschermden. Ze kwamen mij opzoeken en spraken via de tv, dacht ik. Ook geloofde ik dat mijn overleden tante bij mij was. Tegelijkertijd wantrouwde ik iedereen om me heen. De verpleegkundigen, mijn ouders, zelfs mijn eigen spiegelbeeld. Alles werd verdacht.
Donker, muf en beklemmend
Na het ziekenhuis kwam de gesloten kliniek. Het was er donker, muf en beklemmend. Ramen die niet open konden, deuren waren gesloten en muren kwamen op je af. Je had er een rokershok, waardoor het continu rook naar tabak. Daarbij stond de verwarming op 25 graden en hadden we amper frisse lucht. Alles voelde te dicht op mijn huid. De geur van sigaretten trok onder de deur van mijn kamer door. Mijn kamer was kaal, zonder spullen. Geen pen, geen boek, geen telefoon. Alleen een rubberen bed. En een lichaam dat leeg was en slapjes aanvoelde.
Dagen gingen voorbij. Avonden waarbij ik zware medicatie kreeg en overdag kwamen vrienden en familieleden op bezoek. Ik schaamde me steeds een beetje meer, want hoe meer ik doorhad wat er precies was gebeurd, hoe onwerkelijker het allemaal leek. Na twee weken mocht ik onder begeleiding naar buiten en al snel mocht ik ook zelf wandelingen maken.
De stemmen werden minder, mijn waanbeelden en vervreemdende beelden namen af. Ik mocht naar de open afdeling worden verplaatst. Vanaf hier ging het redelijk snel. Mijn herstel ging vlot en na in totaal acht weken mocht ik weer naar huis. Pas maanden later kreeg ik pas echt het besef dat ik een psychose heb meegemaakt. Het heeft mijn leven op z’n kop gezet, maar ook laten inzien dat ik mooie mensen om mij heen heb en dat ik ook sterk genoeg ben om eruit te komen.
Het gevangen gevoel is onmenselijk
Ik vraag me tot de dag van vandaag af hoe het zou zijn geweest als ik niet in een gesloten afdeling zou hebben gezeten. Het gevangen gevoel is naar mijn beleving namelijk iets onmenselijks en kan er juist voor zorgen dat men blijft hangen in een verward en depressief gevoel. De weekenden zaten we zonder artsen. Huisartsen die even langskwamen, zonder echt contact. Begeleiders die niks mochten doen en waarvan sommigen ons behandelden als gevangenen.
Zo beleefde ik het ook. Ik zat gevangen in een hok, gevangen in mijn realiteit en gevangen in een systeem. Alles voelde afstandelijk, automatisch. Alsof ik een nummer was, geen mens. Als ik naar buiten stap, adem ik nu bewust alles goed in. Elke ademhaling buiten de deur is vrijheid. Elke stap is bewijs dat alles toch mogelijk is en dat je altijd uit welke situatie dan ook kan komen.
Stress is de nieuwe sluipmoordenaar
Wat ik heb meegemaakt, had iedereen kunnen overkomen. Psychose discrimineert niet. Het komt niet alleen voor bij ‘instabiele mensen’, het komt voor bij mensen die te lang te sterk zijn geweest. Te lang hun grenzen negeerden. Die stress onderschat hebben. Iedereen kan een psychose krijgen, als je niet goed voor jezelf zorgt. Stress is onze nieuwe sluipmoordenaar. Het vreet aan ons, van binnenuit.
Gelukkig heb ik nu geleerd hoe ik ermee om kan gaan. Tegenwoordig werk ik bij het AD, boks en hardloop ik regelmatig, woon ik op mezelf in Rotterdam en spreek ik af met vrienden. Mijn psychose was mijn dieptepunt — maar ook mijn keerpunt. Nu leef ik bewuster. Zachter. Langzamer. Maar vooral: vrij.
Mijn naam is Anne, 23 jaar en werkende als journaliste. Ook ben ik ‘spoken word’ artiste en heb ik een grote interesse in het vak psychologie. Ik wil impact maken, verhalen vertellen en voor mensen klaar staan.
Afgelopen winter heb ik een psychose gehad, wat mijn leven compleet heeft veranderd.
Meer lezen over Psychosegevoeligheid?
- Leven met een missie – May-May over psychosegevoeligheid
- Weerbaarheid bij psychosegevoeligheid: naar een gedeelde realiteit
- Salutogenese, belangrijk bij psychosegevoeligheid
Heb je een vraag?
Onze experts beantwoorden jouw vraag in het online Spreekuur van PsychoseNet. Gratis en anoniem.
Ken je de mini-College’s van PsychoseNet al?
Bekijk PsychoseNet college’s van Jim van Os over zorg en herstel, van depressie tot psychose.
Geef een reactie